Nachttafel
Le 8 octobre 1912, dans sa chambre d'hôtel, Oskar Serti était appuyé contre cette colonne lorsqu'il connut une illumination si intense qu'elle lui inspira son célèbre Requiem. De retour quelques années plus tard; il en réalisa soudain l'origine : les bruits contenus dans les tuyaux d'eau et de gaz qui longeaient sa colonne se répercutaient sourdement en elle, et avaient dû lui donner l'impression, quand il s'y était appuyé la première fois, que des sons naissaient spontanément en lui. |
||||
Op 27 januari 1910, in het Keizerlijk Museum in Boedapest, viel Oskar Serti's blik toevallig op zijn rechterhand, die hij achteloos op een lege sokkel had gelegd. Ineens had hij de merkwaardige sensatie dat de hand niet bij zijn lichaam hoorde. Gelukkig verdween die indruk zodra een suppoost plompverloren een marmeren buste op de sokkel zette zonder op de vijf vingers van een in gedachten verzonken bezoeker te letten. |
Op 17 februari 1921 stond Oskar Serti met zijn ellebogen op de vensterbank naar buiten te kijken toen hij op de rand van het balkon ineens een kraai tegenover zich zag zitten. Hij had de vreemde gewaarwording, ongetwijfeld veroorzaakt door de ruit die hen scheidde, dat hij naar zijn eigen spiegelbeeld keek. Plotseling draaide het dier zijn kop opzij, zoals vogels doen wanneer ze hun gesprekspartner goed willen aankijken, en in een onbewuste imitatie aapte Serti zijn beweging na. Maar toen viel zijn blik zo onverwacht op de spiegel in de hoek van de kamer dat hij even het idee had dat hijzelf daar buiten op het balkon zat, door zichzelf geobserveerd. |
In de nacht van 4 op 5 mei 1933 werd Oskar met een schok wakker, beklemd door de angst dat hij plotseling blind was geworden. |
Op 6 november 1956 vluchtte Oskar Serti in een gesloten houten krat uit Boedapest. |
|
Le 15 octobre 1928, au terme d'un débat particulièrement agité, Oskar Serti s'assit sur ce tabouret pour ne penser à rien. |
||||
In de tijd dat het valluik nog dienstdeed als toegang tot de kelder van zijn huis, dwong Oskar Serti zichzelf er zo lang mogelijk op te blijven staan, om zo zijn vreselijke hoogtevrees te overwinnen. Uiteindelijk voelde hij er zich zo prettig op dat hij het liet demonteren om het als verhoging te gebruiken tijdens de vele lezingen die hij gaf op soms gevaarlijk krakkemikkige podia. Pas op 25 maart 1950 deed hij er afstand van, de dag nadat hij zijn inaugurele rede voor de Academie van Letteren van Boedapest op spectaculaire wijze had verprutst vanwege een gat in zijn geheugen. |
||||